ANPR
Onder de wet inzake Automatische Nummerplaat Herkenning (Automatic Number Plate Recognition, ANPR) belanden de reisbewegingen van miljoenen automobilisten continu 4 weken in een centrale politiedatabank, ongeacht of men ergens van verdacht wordt. Dit is een massale privacyschending. Privacy First voert een rechtszaak om deze wet buiten werking te stellen.

Op 1 januari 2019 trad de ANPR-wet (art. 126 jj Sv.) in werking. Onder deze wet worden middels ANPR-camera’s boven de snelwegen de kentekens en locaties van miljoenen auto’s in Nederland (oftewel ieders reisbewegingen) continu 4 weken in een centrale politiedatabank opgeslagen voor o.a. opsporing en vervolging. Dit is totaal niet noodzakelijk, volstrekt disproportioneel en bovendien ineffectief, zo bleek de afgelopen jaren uit diverse onderzoeken. Toezicht ontbreekt en het systeem kan eenvoudig worden misbruikt. De huidige ANPR-wet vormt daarom een massale privacyschending en hoort niet thuis in een vrije democratische rechtsstaat. Privacy First voert een rechtszaak tegen de Staat om de ANPR-wetgeving buiten werking te laten stellen wegens strijd met Europees privacyrecht. Via Pro Bono Connect heeft Privacy First het advocatenkantoor CMS ingeschakeld om deze rechtszaak (kort geding en bodemprocedure) voor ons te voeren. Deze zaak wordt tevens gesteund door het Digital Freedom Fund. Gezien de Europese jurisprudentie terzake acht Privacy First de kans op een succesvolle rechtsgang buitengewoon hoog.