Het Knoppenmonster — Een zaak van nationale veiligheid: bureaucratie
Door onze gastcolumnist.
Nederland is een land met molens, polders, dijken, sociale voorzieningen, goede wegen, hooggekwalificeerde zorg, democratie, een meerpartijenstelsel en er is plaats voor ca. 16,6 miljoen mensen. Wij hebben relatief weinig gedetineerden (1:1000 inwoners), dit in vergelijking met Amerika waar het percentage gevangenen ongeveer 1:100 inwoners is. Om een en ander leefbaar te houden hebben wij in Nederland wetten en regels die moeten worden nageleefd. Als u in de fout gaat en u wordt gepakt, krijgt u straf. Heel normaal. Dit zorgt ervoor dat wij plezierig naast elkaar leven en dat dankzij het Trias Politica beginsel.
Toch blijkt dit niet genoeg. De angst zit er goed in. Immers wij moeten ons tegen terrorisme wapenen, zo wordt ons verteld. Dus eigenen we ons het buitenlandse terrorisme toe. Nederland wil als wereldspeler en bondgenoot graag meedoen. Vanwege de terrorismedreiging hebben ijverige ambtenaren het razend druk met o.a. het inrichten van de nationale veiligheid. Het is een waar bureaucratisch gebeuren. De digitale controle is aangescherpt: overal camera’s en ons doen en laten wordt geregistreerd, per openbaar vervoer of per auto en als het even tegenzit worden ook uw telefoongesprekken afgeluisterd. Al deze informatie wordt in databases opgeslagen.
Maar ook dat is niet genoeg! Nederland wordt te groot en het aantal inwoners is moeilijk te managen. Bestuurlijke maatregelen als wetten en regels moet sneller en efficiënter, dus keren we de bewijslast gewoon om. Scheelt voor de Overheid veel tijd en geld. De hele rijke burger (ca. 130.000 in 2010) met de beste contacten kan eventueel juridische stappen nemen, mits hij een lange adem heeft. De lage- en middeninkomens hebben weinig armslag. In het laatste geval is massaal demonstreren een uitweg; we leven immers in een democratie.
Al dit digitale werk en nieuwe maatregelen leveren wel iets op. Nederland heeft haar achterdeur hiermee op slot gezet. Immers zij weet nu veel over haar ingezetenen, hun doen en laten, hun voorkeuren en hun aversies. Er is een (schijn)veiligheid gecreëerd door de bureaucratie. Maar wat heeft dat in vredesnaam met terrorisme te maken en bondgenootschap? Het knelt. Wat de Overheid over het hoofd ziet is dat zij de voordeur helemaal open heeft gezet. Daar waar het gaan en staan en wel en wee van vele burgers bekend is bij onze Overheid, weten we weinig tot niets van buitenlandse burgers, regeringen en staatshoofden met hun intieme politieke agenda’s. Toch zijn wij als land bijzonder goed van vertrouwen, daar waar het gaat om onze vrienden buiten de landsgrenzen, immers we minimaliseren ons leger. De vraag rijst echter: hoe kunnen wij eigenlijk een goed bondgenoot zijn met een minimaal leger? Is de bureaucratie als hierboven beschreven werkelijk een oplossing? Een piepklein leger blijkt voor Nederland geen probleem want wij zijn immers neutraal en dus is een leger niet echt nodig. Het kost bovendien veel geld en er moet bezuinigd worden. Het beschikbare geld stoppen we liever in het screenen van de Nederlandse burger. Deze situatie heeft zich al eerder voorgedaan. Bijvoorbeeld in de jaren veertig. Nederland was toen ook neutraal. De bittere realiteit is echter dat Nederland werd geannexeerd en deportaties verliepen vlot, dankzij de punctuele administratie van de Overheid.
Een zelfde soort probleem speelt zich momenteel op een ander vlak af, namelijk in de EU. De EU-landen zitten ogenschijnlijk samen in hetzelfde schuitje. Maar toch is/zijn er altijd een, of meerdere, hardste schreeuwer(s), en soms is er sprake van een land dat op dat moment het meeste geld heeft en dat daarom uiteindelijk aan het langste eind trekt. De vraag die wij ons iedere keer zullen moeten stellen is aan welke kant van het touw onze Nederlandse voortrekkers staan: het kortste einde of het langste eind.
Bondgenootschap zonder of met een zeer klein leger is een utopie, net zo goed als het volledig administreren van alle burgers. Dit komt neer op bestandsvervuiling. We zijn immers op zoek naar boefjes en terroristen. Boefjes zijn pas boefjes als hier Rechtspraak over is geweest waarna vervolgens een strafblad wordt opgemaakt. De rest is flauwekul.