Binnenlands Bestuur, 5 januari 2015: ‘Weinig bijval voor wetsvoorstel bewaarplicht’

Een internetconsultatie over het concept-wetsvoorstel voor het handhaven van de bewaarplicht door telecomproviders heeft vooral veel kritiek opgeleverd.

Alleen aanpassen
De digitale verkeersgegevens van burgers die gebruik maken van telefonie- of internetcommunicatie worden al jaren verzameld en bewaard voor opsporingsdoeleinden. Dat is schieten met een kanon op een mug, oordeelde het Europese Hof, maar minister Opstelten wil de controversiële bewaarplicht voor telecom-en internet-providers niet schrappen en ziet alleen iets in een aanpassing. Enkel het inzien van de gegevens wordt aan strengere regels onderworpen. Het concept-wetsvoorstel daartoe was tot 31 december te becommentariëren in een internetconsultatie, en de reacties (waarvan er 53 openbaar zijn) liegen er niet om.

Fundamentele problemen
Burgerrechtenbeweging Bits of Freedom (BoF) vindt dat het ontwerpwetsvoorstel op geen enkele wijze de fundamentele problemen van de wet oplost. Allereerst is dat ‘het langdurig en ongericht bewaren van gegevens over het communicatiegedrag en de geografische locatie van voornamelijk onverdachte Nederlanders.’ Omdat daarmeer zeer intieme details over de gebruiker te achterhalen zijn, zoals diens sociale netwerk, culturele achtergrond, seksuele voorkeuren, geografische locatie, interesses, maatschappelijke, politieke en religieuze standpunten en soms ook iemands financiële en medische geschiedenis, maakt de wet daarmee ‘een enorme inbreuk op verschillende grondrechten van alle Nederlandse burgers, waaronder het recht op het respect van de persoonlijke levenssfeer, het recht op de bescherming van persoonsgegevens en het recht op de vrijheid van meningsuiting. Eén van de voorwaarden die het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens aan zulke inbreuken stelt is dat zo’n inbreuk in een democratische samenleving noodzakelijk moet zijn. Deze noodzakelijkheid is echter nooit aangetoond.’

Overheid zwakste schakel
De Dutch Hosting Provider Association (DHPA, de club van internetaanbieders) zegt: ‘Zou het wetsvoorstel in deze vorm worden aangenomen, dan zal dat bij alle burgers het gevoel opwekken dat hun privéleven constant in de gaten wordt gehouden. Kortom, de overheid blijkt de zwakste schakel te zijn in de keten van partijen die persoonsgegevens van de betrokkenen bewaren en verwerken. Dat brengt schade toe aan het vertrouwen in de online economie, en bedreigt daarmee één van de weinige sectoren in Nederland die gezonde groei laten zien. Een illustratie van dit effect is een analyse van de schade aan bedrijfsleven in de Verenigde Staten als gevolg van het onzorgvuldig handelen van die overheid.’ De sector wil best op andere manieren samenwerken met de overheid, zegt de DHPA, en vindt het dus ‘betreurenswaardig dat uw ministerie onvoldoende gebruik maakt van de meermaals door de sector uitgestoken hand, om ook voor opsporing samen effectieve oplossingen te verkennen die recht doen aan vertrouwen en de bescherming van privacy.’

Schending gaat door
Het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten, Stichting Privacy First en de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) hebben via hetzelfde advocatenkantoor gereageerd: ‘Het wetsvoorstel brengt geen verandering in de praktijk dat er van álle telecommunicerende burgers gegevens worden bewaard, ook van personen bij wie er geen enkele aanwijzing bestaat dat hun gedrag verband heeft met zware criminaliteit. Daarmee blijft de voortdurende grote schending van de privacy voortbestaan.’ Ook is de wet te onduidelijk en zijn de bewaartermijnen te lang.”

Bron: http://www.binnenlandsbestuur.nl/digitaal/nieuws/weinig-bijval-voor-wetsvoorstel-bewaarplicht.9458029.lynkx, 5 januari 2015.