Interview Emerce met Privacy First over PSD2-keurmerk

Enkele Nederlandse banken en fintechs werken samen met Stichting Privacy First aan een PSD2-keurmerk. Daarmee willen de bedrijven aan consumenten duidelijk maken wie ze hun data kunnen toevertrouwen. De Volksbank schaart zich als een van de eersten achter het initiatief. Op welke behoefte spelen de betrokkenen in?

De Europese betaalrichtlijn PSD2 levert behalve innovatie ook privacyzorgen op. De in januari in werking getreden richtlijn – Nederland volgt waarschijnlijk deze zomer met eigen wetgeving – zorgt ervoor dat consumenten bedrijven toegang kunnen geven tot hun bankrekening en (financiële) data. De vraag is echter of zij doorhebben privacygevoelige gegevens te delen. Eenmaal gedeeld kunnen banken die data bovendien niet meer ‘terughalen’.

Behalve een voordeel kleeft er dus ook een reëel risico aan PSD2, stelt Privacy First. Samen met enkele Nederlandse banken en fintech-bedrijven werkt de belangenorganisatie daarom aan een keurmerk. De partijen reageren daarmee op een uitspraak van De Nederlandsche Bank. Die zou eerder hebben vastgesteld dat hier behoefte aan is. Terwijl de AVG, de nieuwe Europese privacywet, moet zorgen voor betere bescherming zet PSD2 de achterdeur open, legt Martijn van der Veen van Privacy First uit.

Hoe zien jullie PSD2 vanuit privacy-oogpunt?

Van der Veen: “Het onderwerp privacy is binnen PSD2 veel te lang onderbelicht gebleven. Lang was PSD2 vooral een feestje voor fintechs en gericht op het innoveren van het betalingsverkeer.

“Met PSD2 kunnen partijen onder meer inzage krijgen in je transactiegegevens, bijvoorbeeld voor het krijgen van inzicht over meerdere bankrekeningen heen. Een bank mag die transactiedata niet zomaar verstrekken, daarvoor moet een consument ‘uitdrukkelijke toestemming’ geven. Dat is niet eventjes een vinkje zetten. De persoon moet ‘vrije, specifieke en geïnformeerde’ toestemming geven. Op papier is het dan prima geregeld. Maar de impact van PSD2 op de privacy kan veel groter zijn dan de vraag of iemands toestemming is geregistreerd.”

“Onze grootste zorg is wat er gebeurt met de gegevens zodra die bij een dienstverlener liggen. Wat doen die ermee? Denk maar niet dat diensten beperkt blijven tot het tonen van transactiegegevens, bedrijven willen iets doen met die grote hoeveelheid gegevens die in hun bezit komt. Denk aan het doen van aanbiedingen, nieuwe diensten en vergelijkingen. Daarvoor willen ze gegevens koppelen, relateren en zoeken naar patronen. En uiteraard zit daar ook een verdienmodel aan vast.”

“Een verkeerde framing is dat het ‘maar’ transactiegegevens zijn. Je kunt er ontzettend veel uit afleiden over iemands leven. Als je bij een bank drie jaar terug kan kijken, dan ontvangt de aanbieder ook direct drie jaar aan transactiedata. Aan rekeningnummers kan je aflezen of iemand vaak medische ondersteuning gebruikt, waar een persoon vaak komt en wat iemands leefpatroon is. Uit terugkerende overboekingen leid je af of iemand lid is van een religieuze organisatie of vakbond. Dat zijn gegevens die met goede redenen niet gebruikt mogen worden.”

“Het gekke is, waar iedereen vanwege de AVG zijn best doet om zijn privacybescherming op orde te krijgen zet PSD2 de achterdeur wagenwijd open.”

Maar waarom is een keurmerk nodig?

“Het Privacy Keurmerk PSD2 moet consumenten helpen bij hun keuze voor een aanbieder. Het geeft informatie over of de aanbieder goed met de persoonlijke gegevens om zal gaan en te vertrouwen is. Daarbij willen we de open normen van de wet inkleuren. Nu bepaalt een aanbieder wat een fatsoenlijke bewaartermijn van gegevens is. En hoe snel hij reageert op klachten. Het is maar de vraag of het belang van de consument dan voorop staat. Het keurmerk informeert consumenten en stimuleert aanbieders om het niveau van privacybescherming te verhogen. Voor beide partijen is dat waardevol omdat dit het vertrouwen in een dienstverlener verhoogt.” (…)

Lees verder bij Emerce.