Privacy First keert zich tegen biometrische vreemdelingen-databank

Deze week stemt de Tweede Kamer over een wetsvoorstel ter afname van 10 vingerafdrukken van alle vreemdelingen (immigranten) voor o.a. opsporing en vervolging. Dit wetsvoorstel dateert oorspronkelijk uit maart 2009, oftewel uit de periode dat de Nederlandse regering louter privacyschendende wetgeving wist te produceren. Stichting Privacy First acht het wetsvoorstel in strijd met het recht op privacy en het verbod van zelf-incriminatie. Hieronder treft u de email aan die Privacy First vanmiddag aan relevante Kamerleden verzond:

Geachte Kamerleden,

Aanstaande dinsdag stemt u over het wetsvoorstel ter uitbreiding van het gebruik van biometrische kenmerken (vingerafdrukken en gezichtsscans) in de vreemdelingenketen. Stichting Privacy First adviseert u hierbij om tégen dit wetsvoorstel te stemmen, met name gezien het disproportionele karakter ervan. Dit blijkt reeds uit het gebrek aan kwantificering van e.e.a. en de relatief lage fraudecijfers zoals die door voormalig minister Gerd Leers (CDA) in zijn nota bij het wetsvoorstel d.d. 13 juli 2012 zijn vermeld.[1] Zoals bij alle mensenrechten vereist ook een inbreuk op het recht op privacy (art. 8 EVRM) in dit verband een harde cijfermatige noodzaak i.p.v. vage vermoedens en wishful thinking. Des te zorgwekkender is het dan ook dat onder dit wetsvoorstel bij iedere vreemdeling maar liefst 10 vingerafdrukken zullen worden afgenomen ‘ter compensatie’ voor het feit dat de biometrische techniek ontoereikend is om met één of twee vingerafdrukken te kunnen volstaan. Of dienen deze 10 vingerafdrukken in werkelijkheid vooral het opsporingsbelang achter het wetsvoorstel…? Vergelijk in dit verband de volgende overwegingen van minister Korthals van Justitie (VVD) d.d. 10 december 2001:

“In antwoord op de vraag van het [CDA] ben ik niet bereid om van alle Nederlanders vingerafdrukken te nemen in het belang van de opsporing. Dit middel is buitenproportioneel gelet op bijvoorbeeld het aantal aangeboden sporenzaken op jaarbasis, in geheel Nederland ca. 10.000. Voorts is het praktisch onuitvoerbaar omdat alle tien de vingers en eventueel de handpalmen moeten worden afgenomen, wil het zinvol zijn voor de opsporing. Dat vergt een te groot beslag op de capaciteit van de politie. Dit nog afgezien van de administratieve verwerking en controle. In het kader van het nieuwe identiteitsbewijs wordt mogelijk een biometrisch kenmerk opgenomen zoals bijvoorbeeld een vingerafdruk. Daar gaat het er om te bepalen dat de bezitter van het identiteitsbewijs ook daadwerkelijk de persoon is die op dat bewijs staat vermeld. Daarvoor is wellicht één vingerafdruk voldoende, dat is echter volstrekt onvoldoende voor de opsporing.”[2]

Met andere woorden: onder het mom van fraudebestrijding wordt met dit wetsvoorstel een centraal opsporingsregister van vreemdelingen (immigranten) gecreëerd, precies zoals dat enkele jaren geleden ook dreigde te gebeuren met de vingerafdrukken van alle Nederlanders. De diverse redenen waarom dit laatste project halverwege 2011 op aandringen van uw Kamer (!) is teruggedraaid acht Privacy First bij u bekend en evenzeer van toepassing op onderhavig wetsvoorstel. Daarnaast heeft dit wetsvoorstel een stigmatiserende werking, aangezien een gehele bevolkingsgroep (in dit geval immigranten) hierdoor bij voorbaat als potentiële verdachte wordt beschouwd. Dit vormt een omkering van de onschuldpresumptie en is in strijd met het verbod van zelf-incriminatie. In die zin vormt dit wetsvoorstel een collectieve schending van zowel art. 6 (nemo tenetur) als art. 8 EVRM (privacy en lichamelijke integriteit). Bij de Paspoortwet leidt dit sinds 2009 tot een Nederlands en Europees sneeuwbaleffect aan rechtszaken. Privacy First hoopt dan ook dat uw Kamer het voortschrijdend inzicht heeft om een herhaling van deze geschiedenis te voorkomen.

Hoogachtend,

Stichting Privacy First 

[1] Zie Nota naar aanleiding van het verslag, Kamerstukken II, 2011-2012, 33192, nr. 6, pp. 2-3, 5-6, 23, 25-27.

[2] Brief van de minister van Justitie (Benk Korthals) d.d. 10 december 2001, Kamerstukken II, 2001-2002, 19637 (Vluchtelingenbeleid), nr. 635, p. 7.

Update 29 januari 2013: het wetsvoorstel (nr. 33192) is vanmiddag helaas door de Tweede Kamer aangenomen (videoverslag bij Privacy Barometer en het artikel vandaag in NRC Handelsblad. Volgende halte: Eerste Kamer…

Update 29 jan. 2013, 21.45u: GroenLinks laat weten te hebben willen tegenstemmen en zal het stemverslag laten corrigeren.

Update 30 jan. 2013: bij de regeling van werkzaamheden vandaag is de tegenstem van GroenLinks aan de Tweede Kamer medegedeeld.

Update 31 januari 2013: het artikel in NRC Handelsblad verscheen tevens in NRC Next. Lees ook het artikel vandaag in het Nederlands Dagblad.

Update 8 februari 2013: klik HIER voor de actuele status van dit wetsvoorstel in de Eerste Kamer.

Update 6 maart 2013: vandaag verzond Privacy First een vergelijkbare versie van bovenstaande email aan de Commissie voor Immigratie & Asiel van de Eerste Kamer.