Persbericht, 5 nov. 2010. Zitting proces 29 nov. a.s.
Proces tegen paspoortwet gaat beslissende fase in
Overheid in het nauw gedreven
Op 29 november 2010 zal de eerste openbare zitting plaatsvinden van de civiele rechtzaak van Stichting Privacy First en haar 22 mede-eisers tegen de Staat der Nederlanden over de nieuwe paspoortwet van 2009.
Adres : Paleis van Justitie, Prins Clauslaan 60, 2595 AJ ’s -Gravenhage
Tijd : 10.00 uur
Rol nr. : 2010/1807
Nadere toelichting nieuwsfeit
Op 6 mei 2010 hebben Stichting Privacy First en 22 mede-eisers de Nederlandse Staat gedagvaard in een civielrechtelijke procedure en geëist dat de nieuwe paspoortwet wordt opgeheven dan wel onwettig wordt verklaard dan wel zodanig wordt verbeterd dat zij geen gevaar meer voor de Nederlandse burger betekent. Er wordt met name geëist dat de aanstaande centrale en huidige decentrale opslag van biometrische kenmerken worden opgeheven.
Hierop heeft de Staat schriftelijk verweer ingediend (Conclusie van Antwoord).
Op 29 november 2010 dient bij de Haagse Rechtbank een comparitiezitting waarbij de rechter de voortgang bepaalt. Daarbij zullen de advocaten mr. Christiaan Alberdingk Thijm voor Stichting Privacy First en mr. Cécile Bitter voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hun pleidooien houden. Daarbij komen ook getuigendeskundigen aan bod die aantonen dat er wel degelijk betere alternatieven zijn voor het huidige paspoort en de (de)centrale opslagmethode.
Het recente rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, WRR Webpublicatie nr. 46, ondersteunt het standpunt van Privacy First volledig.
Waarom civielrechtelijk?
Deze procedure moet worden gevolgd omdat in Nederland toetsing van wetgeving aan de Grondwet niet mogelijk is (!) in tegenstelling tot alle andere landen in de EU. Daarom kan het nodig zijn te zijner tijd een beroep te moeten doen op het (Europees) Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.
Waar meer informatie?
Informatie over het proces en de officiële documenten kunt u HIER downloaden.
Vraag aan de journalistiek
Vingerafdrukken zijn ongeschikt om te dienen als internationaal identiteitskenmerk. Welke rol speelde Nederland bij de totstandkoming van de Europese verordening 2252 d.d. 13 dec. 2004 waar vingerafdrukken verplicht werden gesteld?
Waarom heeft men de paspoortwet zo opgesteld ondanks de negatieve adviezen van het CBP en andere organisaties en wetenschappers?
Waarom behandelt de Nederlandse overheid de identiteit van een burger als een op zichzelf staand pakketje perfect geregistreerde persoonsgegevens zodat de persoon steeds moet aantonen wie hij is en wat zijn (nieuwe) situatie is in plaats van dat de overheid de situatie bij de persoon moet aantonen?
Amsterdam, 5 november 2010; 06:00.